Het stelsel betreft persoonscertificatie gebaseerd op de internationale Norm 17024 certification of persons.
De werkveldspecifieke certificatieschema's voor personen zijn door het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid vastgesteld aan de hand van een door het Centraal College van Deskundigen ‘Werken onder overdruk’ voorgesteld schema.
De te certificeren vakbekwaamheid betreft duikarbeid, duikploegleider, duikmedisch begeleider en duikerarts. Het persoonscertificaat is wettelijk vereist op grond van de Arbowetgeving. Het certificatiesysteem van de certificerende instelling (CI) moet zijn gestructureerd in overeenstemming met de eisen uit WDAT-WOD-P.
In de certificatieschema's treft u aan het certificatiereglement, het examenreglement, toezicht, entree-criteria, eindtermen, toetsmethodiek, hercertificatie en geldigheidscondities. De schema's vindt u door het klikken op de links.
De volgende vakbekwaamheidscertificaten kunnen aangevraagd worden.
Duikarbeid (WSCS-WOD-D) | |
A1. Duikarbeid met behulp van SCUBA met ademlucht binnen geconditioneerde omstandigheden.*) A2. Duikarbeid met behulp van SCUBA met ademgas tot en met een duikdiepte van 15 meter en binnen de grenzen van No Deco duiktijden. A3. Duikarbeid met behulp van SCUBA met ademgas tot en met een diepte van 30 meter. B0. Duikarbeid met behulp van SSE met ademlucht binnen geconditioneerde omstandigheden. B1. Duikarbeid met behulp van SSE met ademgas tot en met een duikdiepte van 15 meter en binnen de grenzen van No Deco duiktijden. B2. Duikarbeid met behulp van SSE met ademgas tot en met een diepte van 30 meter, exclusief duiken vanuit een open duikklok. B3. Duikarbeid met behulp van SSE met ademgas tot en met een diepte van 50 meter, exclusief duiken vanuit een open duikklok. B4. Duikarbeid met behulp van SSE met ademgas tot en met een diepte van 50 meter, inclusief duiken vanuit een open duikklok. C: Duikarbeid met behulp van een gesloten duikklok met ademgas. |
|
Duikploegleider (WSCS-WOD-L) | |
A1 en A2 | Duikploegleider in de scope A1 of A2 |
A3, B1, B2, B3 en B4 (C) | Duikploegleider in de scope A3, B1, B2, B3, B4 of C |
Duikmedisch begeleider (WSCS-WOD-B) | |
B1 | Beperkt Duikmedisch Begeleider |
B2 | Duikmedisch Begeleider |
Duikerarts (WSCS-WOD-A) | |
A | Duikerarts A |
B | Duikerarts B |
*) Geconditioneerde omstandigheden: Omgeving waar op voorhand met behulp van een risicoanalyse ingeschat kan worden dat er geen sprake is van een voorzienbare kans dat de duiker in moeilijkheden zal geraken tijdens de duikarbeid, waarbij ten minste wordt voldaan aan elk van de volgende criteria:
a.maximaal bereikbare diepte van 9 meter;
b.ten minste 4 meter onderwaterzicht indien de omvang van het zwembad, aquarium of vergelijkbare gesloten bassin dit toelaat;
c.een stroomsnelheid van-, maximaal 0,5 meter per seconde; en
d.te allen tijde mogelijkheid tot vrije opstijging.
Hieronder wordt in ieder geval verstaan: zwembaden, duiktorens, aquaria of bassins met vergelijkbare omstandigheden.